De platenzaak

Gebloemde zomerjurken wuivend in de milde julibries, cocktails waar je afwisselend aan nipt en een gulzige slok van neemt om de dorst te rechtvaardigen (plastic rietjes zijn uit den boze), geen roomsaus, maar een salsa verde, geen schurende gitaren, maar een speelse afrobeat die je denkpatronen in een heupwiegende modus plaatst.  De zomer gevuld met de draaglijke lichtheid van het bestaan.  In een tuinzetel, op een bankje of gewoon languit op het gazon met een boek om de zinnen te prikkelen.  Niet te zwaar, niet te dik, eentje -zoals het in deze blog betaamt – over muziek en aangezien het zomert een feelgood roman met betoverende personages.  Rachel Joyce schreef met “De platenzaak” een boek over hoop en vriendschap,  tweede kansen én over de kunst van het luisteren.

Engeland 1988, het jaar waarin de cd-verkoop het voor het eerst beter doet dan vinyl.  Frank – eigenaar van de platenzaak – zweert bij vinyl en bij een eigenzinnige, hoogst persoonlijke aanpak.  Frank bezit een speciale gave, hij heeft een muzikale remedie voor elk existentieel ongemak  : zo verlaat een bedrogen man die alleen van Chopin houdt verrukt de platenzaak met ‘Oh no not my baby’ van Aretha Franklin onder de arm.

De op het eerste zicht chaotische opstelling in de platenzaak heeft een logica.  Onder het motto “zelfde ding, andere tijd” zet hij Bachs ‘Brandenburgische konzerte’ naast ‘Pet Sounds’ van The Beach Boys en ‘Bitches Brew’ van Miles Davis.  Ook conceptalbums horen bij elkaar en zo vind je ‘De vier jaargetijden’ van Vivaldi in dezelfde bak als ‘A love Supreme’ van Coltrane, ‘Ziggy Stardust’ van Bowie en ‘At Folsom prison’ van Johnny Cash.  Een op zijn minst verfrissende visie.

Dit boek zal niet in het canon van de literatuurgeschiedenis belanden, maar dat hoeft ook niet.  ‘De platenzaak’ is pretentieloos in de goede zin van het woord.  Het surplus zit in de kennis en de passie voor muziek.  Prachtige verhalen over componisten en muzikanten: de rode priester (Vivaldi), Miles’ laarzen, de ogen van Bach, James Brown, de Sex Pistols, Duke Ellington, …  en een liefdesverhaal krijg je er zomaar bij.

“Als je eenmaal ‘Beata viscera’ beluisterd hebt, zul je het nooit meer vergeten. Het is één enkele menselijke stem, maar je hebt het gevoel op de rug van een vogel te klimmen. Zodra de stem begint, vlieg je. Hij neemt je mee omhoog, duikt met je naar omlaag en tilt je dan zo hoog op dat je een speldenprik in de lucht bent. Maar als je je ogen sluit en goed luistert, ben je de hele reis veilig.” aldus Rachel Joyce.

“En natuurlijk is de stilte aan het begin van een muziekstuk altijd anders dan de stilte aan het slot. Waarom? Omdat de …  het antwoord lees je in dit heerlijke vakantieboek  of je verzint het zelf.

(as)

2 reacties

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.