Ik weet het, de poëzieweek is voorbij, maar dat zal me worst wortel (ben vegetariër) wezen. Laten we er vanuit gaan dat die zo’n 51 weken per jaar langer duurt. Het hoeft niet steeds een dartelend lint van welgevormde woorden te zijn, een dronken man die als een beginnend schaatser in super slow motion op het voetpad overeind tracht te blijven is een uitstekend alternatief.
Ik weet het, Rammstein in een muziekblog stoppen is voor mij niet evident. Van de zomer zag ik ze -al zappend – als afsluiter op één of ander festival. Ik kijk ernaar zoals ik naar ‘Komen eten’ kijk, met verbazing en een zucht.
Ik weet het, Johan Tahon is één van Jan Hoet’s beste ontdekkingen. Overtuig jezelf en neem een kijkje in Kattevenne of beter nog, loop onze eigenste bibliotheek binnen, stap de ‘stille ruimte’ in, negeer de studenten en aanschouw.
Het verband? Als je denkt dat ik nog hallucineer na een beladen weekend moet ik je ontgoochelen. Ik ben op een leeftijd gekomen dat ik dat perfect kan camoufleren. Het verband vind je in het Bonnefantenmuseum in Maastricht. ZOO magazine, een tijdschrift over mode en kunst, zag een overeenkomst tussen het werk van beide heren. Blijkt dat een aantal songs van Rammstein en de sculpturen van Tahon dezelfde titels hebben, zoals ‘Sonne‘ en ‘Engel’.
Till Lindemann, zanger van de band, heeft vijf gloednieuwe gedichten geschreven die geïnspireerd zijn op het werk van Tahon. De archaïsche sfeer, het existentiële overgoten met een dosis testosteron, het zijn gelegitimeerde linken tussen Tahon en Lindemann. De expo is vernoemd naar het gedicht ‘Wir uberleben das licht”
(as)