‘Well, a man has two reasons for things that he does / the first one is pride and the second one is love.’ Heerlijk citaat uit een heerlijke song van wijlen Hüsker Dü, She floated away, op hun dubbele Warehouse – songs and stories. Hun meest melodieuze plaat, uit 1987, en tegelijk hun testament, vlak voor de split.
Gitarist-zanger Bob Mould en drummer-zanger Grant Hart verdeelden netjes de songs op hun albums. ‘She floated away’ is een Grant Hart-nummer. And now, he floated away, 30 jaar na het album. Grant Hart stierf vorige week op zijn 56ste. Ook helden gaan dood.
Het was een jeugdvriend, en kotgenoot in Leuven, die me de Warehouse-LP te leen gaf. Hüsker Dü blies me van mijn sokken. Melodieuze en meerstemmige Minneapolis-punk, een hoekig hardcore-trio met keikop Bob Mould, enfant terrible Grant Hart, en de enigmatische Greg Norton – wat een snor! – op bas. Te veel talent en te veel lust for life voor één groep, zo zou snel blijken. Eeuwig spijt dat ik hun doortocht op Pinkpop in 1987 moest missen, maar dat zou Grant ruimschoots goedmaken, talloze keren nadien.
De eerste keer live was in de Leuvense Lido, waar hij zijn conceptplaat Last days of Pompei uit 1991 speelde. Toen nog met band, en na lang aandringen ook met wat Hüsker-stuff: Diane, een van de rauwste rape-songs ever, zonder micro in een muisstille fuifzaal. For the record: wie de originele Diane, uit Metal Circus (1983), hoort, snapt niet hoe Therapy er zo’n gelikte versie van heeft kunnen maken (ik ben bevooroordeeld). Later volgden onder meer zaal Belgie in Hasselt, waar hij vooraf ronddoolde door het publiek, Rock Herk, en een festival – God weet welk – in Sint-Truiden, met Nova Mob: Shoot your way to freedom.
De laatste jaren trok hij helemaal alleen rond. In Gent lag hij languit in de wachtruimte van de Beurs, zijn toeschouwers gade te slaan. Er was schandalig weinig volk, maar die mochten wel zelf zijn stem en zijn gitaar aansturen. Een concert beginnen met de woorden “So, any requests?”: lefgozertje. Een paar jaar later deed hij het nog eens over in de AB-club, na een interview over Color me obsessed, de documentaire over de Minneapolis-scene en The Replacements. Een must-see: de invloed van Hüsker Dü op de hele scene kan nauwelijks overschat worden. Wie dacht dat Nirvana het warm water voor alternative uitvond: niet dus.
Bob Mould en Sugar zouden me na Hüsker Dü nooit meer zo raken als Hart. Riskant geleefd, dat wel: hij had evengoed een eervol lid van de 27 Club kunnen zijn, met zijn hardnekkige heroïnehonger. De inkijk in zijn ziel op The Main, een piano-wals over afhankelijkheid en verslaving, komt aan als een – euh – welgemikte naald.
Zo schreef hij wel meer ijkpunten van songs: Don’t want to know if you are lonely is de ultieme break-up therapie, You’re the reflection of the moon on the water is Plato voor dummies, In a cold house is samen met de bizarre visuals de soundtrack voor elk unheimlich levensmoment.
Troost dan maar: de live-opnames voor 89.3 The Current studios van onder meer Is the sky the limit? klinken postuum als een zelf gefluisterde grafrede, een zoektocht naar zin in Paradise Lost. “I only mean to love you, for you to notice me. Now I dread how limited I can be.”
“And to the sky I will return…”
(jaco)
Hüsker Dü: fantastische songs die ik diep in de jaren tachtig op de VPRO NL radio leerde kennen. Rock & roll!
LikeGeliked door 1 persoon